Evolutie in koudemiddelen: warmtepompen klaar voor de volgende stap?
In een eerdere blogpost schreven we dat de milieuvriendelijkheid van warmtepompen niet alleen afhangt van hun lage CO₂-uitstoot, maar ook van andere factoren zoals het gebruikte koudemiddel. Met de aangescherpte Europese regelgeving rond F-gassen komt dit aspect steeds nadrukkelijker op de voorgrond. Vanaf 2027 mogen veelgebruikte koudemiddelen met een hoge milieu-impact, zoals R410a en R32, niet langer worden toegepast in nieuwe warmtepompen tot 50 kW. Deze ontwikkeling heeft niet alleen technische, maar ook praktische gevolgen voor de markt.
Wat verandert er in 2027?
De Europese wetgeving rond F-gassen (fluorkoolwaterstoffen) wordt stapsgewijs strenger. Koudemiddelen met een hoog aardopwarmingspotentieel (GWP – Global Warming Potential) worden uitgefaseerd.
Concreet betekent dit dat:
- Vanaf 2027 warmtepompen tot 50 kW geen koudemiddelen met een GWP hoger dan 150 meer mogen bevatten.
- Bekende koudemiddelen zoals R410a en R32, die nu nog veelvuldig worden toegepast, vallen dan onder het verbod.
- Propaan (R290) – met een GWP van slechts 3 – wordt de nieuwe standaard, vooral in monoblock-warmtepompen.
Monoblocks aan terreinwinst
Door de beperkingen op F-gassen verschuift de markt duidelijk richting monoblock-warmtepompen. Bij dit systeem zit het volledige koelcircuit in de buitenunit, wat veiliger is bij gebruik van brandbare koudemiddelen zoals propaan. Het watercircuit loopt van de buitenunit naar de binneninstallatie. Monoblocks hebben bovendien als voordeel dat ze makkelijker geïnstalleerd kunnen worden door installateurs zonder koeltechnische certificatie, wat de uitrol versnelt.
En wat met split-warmtepompen?
Split-warmtepompen, waarbij het koelcircuit gedeeltelijk in de binnenruimte ligt, vormen vandaag nog een belangrijk deel van het marktaanbod. Ze zijn efficiënt, compact en installateurs zijn er vertrouwd mee. De toepassing van propaan in split-units is echter beperkt vanwege veiligheidsrisico’s bij lekkage in binnenruimten. Wettelijk mag slechts een kleine hoeveelheid propaan (tot 1 kg) gebruikt worden, wat het vermogen van dergelijke installaties beperkt.
Voor split-warmtepompen wordt daarom gezocht naar alternatieve koudemiddelen met een lage GWP én een gunstig veiligheidsprofiel. Sommige stoffen zoals R454b en R454c bieden op korte termijn een oplossing, maar ook zij staan mogelijk onder druk vanwege bredere milieuregels, zoals de PFAS-regelgeving.
Blijvende innovatie noodzakelijk
De transitie naar natuurlijke koudemiddelen stelt de sector voor technische uitdagingen, maar opent tegelijk nieuwe perspectieven. De verwachting is dat de markt zich de komende jaren verder aanpast, met nieuwe koudemiddelen en systemen die zowel energie-efficiënt als milieuvriendelijk zijn.
Hoewel het erop lijkt dat monoblocks voorlopig in het voordeel zijn, is het nog te vroeg om split-systemen volledig af te schrijven. Er blijven toepassingen waar ze voordelen bieden, zeker bij beperkte ruimte of specifieke bouwtechnische vereisten. De innovatie bij koudemiddelen blijft bovendien volop in beweging.
Wat betekent dit voor bouwheren en ontwerpers?
Voor wie vandaag bouwt of renoveert, is het belangrijk om rekening te houden met de toekomstige regelgeving. Kiezen voor een warmtepomp met een koudemiddel dat binnenkort uitgefaseerd wordt, is weinig toekomstbestendig. Bij voorkeur wordt gewerkt met oplossingen die voldoen aan de eisen van 2027 of verder, zoals systemen op basis van propaan.
Daarnaast loont het om samen te werken met een studiebureau dat op de hoogte is van de technologische én regelgevende evoluties. Zo kan in elk project een doordachte keuze gemaakt worden voor een systeem dat niet alleen efficiënt is, maar ook beantwoordt aan de steeds strengere milieudoelstellingen.
Conclusie
De keuze van het koudemiddel is een bepalende factor geworden in de duurzaamheid van een warmtepomp. De overgang van synthetische F-gassen naar natuurlijke alternatieven zoals propaan is ingezet en zal de markt de komende jaren sterk beïnvloeden. Monoblocks op propaan lijken de nieuwe norm te worden, terwijl de toekomst van split-warmtepompen afhangt van verdere innovaties en de beschikbaarheid van veilige, milieuvriendelijke koudemiddelen.
Voor bouwprojecten blijft het essentieel om verwarmingssystemen niet alleen af te stemmen op de energetische prestatie, maar ook op hun lange termijn conformiteit met milieuregelgeving.




